In de loop der jaren was ik zo gewend aan een gevoel dat ik niet beter wist. Gewoontegevoelens. We staan er mee op en gaan ermee naar bed zonder het ons nog bewust te zijn. We vallen er als vanzelf weer in terug. We zoeken het onbewust op als het ware. Het hoort er gewoon bij. Een vertrouwd en ‘veilig’ gevoel. Het is veelal ontstaan omdat we niet bij een gedachte of gevoel hebben stilgestaan of dat gevoel gewoon genegeerd hebben. Of niet geleerd hebben daar naar te luisteren. Of niet in de juiste omgeving waren om die ervaring op te kunnen opdoen. Of uit onmacht.
Een gewoontegevoel kan bijvoorbeeld zijn: trots,twijfel, wat zullen ze denken, groot houden, kwaad. Of ontevreden, verdriet, angst, moe, jaloers, moeten, …
We zeggen dan niet; ik ben verdrietig. Nee, het is zo’n vertrouwd gevoel dat we het niet eens kunnen benoemen. ‘Ik verdrietig? Welnee, hoe kom je daar bij.’